Het was te donker geworden om de bal nog te zien en daarom waren de kinderen gaan spelen op een bouwplaats vlakbij het veldje in Hhet bos. Op de tweede verdieping van het complex, vol bouwrommel en nog helemaal in de steigers, vonden de jongens een groot blik met vijf liter lijm. ‘Dat spul fikt’, zei er een, en goot een een beetje van de trage vloeistof op een afvalhoutje, en hield er een brandende lucifer bij. Niet veel later waren de jochies terug op de zandvlakte bij de trimbaan. Ze hadden een strafschopgebied afgebakend met takken, waarvan de toppen dik waren ingesmeerd met kit. Met alle takken brandend, in het magische schijnsel, speelden ze nu bovennatuurlijk voetbal in een zelfgeschapen droom. Totdat ze vanaf de verharde weg bleke, koele koplampen en helblauwe alarmlichten hun kant op zagen komen en in paniek het donkere bos in vluchtten.
0 Comments
Leave a Reply. |
Archives
March 2016
Categories
All
|